(Column verschenen in 'Ruimte in Debat' maart 2004, gewijd aan mondialisering en ruimtelijke ordening, van het voormalige 'Ruimtelijk Planbureau'.)
“We staan voor de opgave om het idee van de Deltametropool leven in te blazen en we denken dat we dat kunnen bereiken door de identiteit van de Deltametropool te ontwikkelen. Kunt u ons daarbij helpen?”
Identiteit is ín, maar wat is het? We weten wat het is, zolang het ons maar niet gevraagd wordt het onder woorden te brengen. Het zoeken naar een definitie is op zichzelf al een symptoom van een identiteitscrisis. Als oorzaken van die crisis wordt gewezen op de afnemende betekenis van de natie en de natiestaat en de toestroom van migranten. Twee symptomen van het alomvattende mondialiseringsyndroom.
Is het niet de ‘natuurlijke gang van zaken’ dat onze wereld steeds groter wordt en dat we onszelf steeds moeten herdefiniëren als onderdelen van steeds in omvang toenemende en diffuser wordende verbanden, als ‘Europa’, of ‘het wereldsysteem’? Maar kunnen we dat eigenlijk wel? Hebben we het niet gewoon nodig om ons van tijd tot tijd met een grote oranje klomp op onze kop weer onderdeel te voelen van één natie? Ons nieuwe strijdlied – ‘Olé, we are the champions’ – klinkt wel een stuk mondialer dan het oude ‘Wien Neerlands bloed door d’aadren stroomt’.
Knippenberg en De Pater beschreven in ‘De eenwording van Nederland’ (1988) de moeizame gang om van een verzameling min of meer Nederlands sprekende regio’s tot de eenheidsstaat Nederland te komen. Zij blikten toen al vooruit, geïnspireerd door ene Castells, naar een mogelijke dialectische reactie, waarbij ‘regionalistische tegenbewegingen hun territoriale autonomie en culturele identiteit – of wat daar van rest – willen versterken’, maar zij achtten die kans niet groot. Een echt regionalistische reactie is, in ons land althans, uitgebleven. De natie staat weer hoog op de agenda. Zelfs bejaarde allochtonen en ‘expats’ dreigen aan de dwang tot inburgeren ten prooi te vallen. We hebben het dan over taalkennis en enig inzicht in onze geschiedenis en staatkunde, maar wat doen we met het land zelf? Is de liefde voor de oude binnensteden, de veenweiden en de polders overdraagbaar? Houden wij daar zelf nog wel van? En kun je je identificeren met iets als een ‘Deltametropool’?
Het zoeken naar de ‘identiteit’ van een plek, een regio, een stad, of een Deltametropool, is net als het zoeken naar de intrinsieke waarde van goud. Het zit in óns en als we het niet cultiveren verdwijnt het.
Toch is er iets dat ‘ons’ van – bijvoorbeeld – de Zwitsers onderscheidt. ‘Wij’ hebben dit land zelf gemaakt! Onze grond is wel dras, maar mals zijn onze weiden en puik is ons gras. Dát is een verhaal dat verteld kan worden en waar je anderen deelgenoot van kunt maken. Een verhaal dat actueel is nu een nieuwe fase in de strijd tegen het water lijkt te zijn aangebroken.
Zo’n soort verhaal dus, is dat wat voor die metropool van u?
“Tsja, daar zit wat in, meneer Minderhout. Maar we spreken sinds kort niet meer van de Deltametropool, maar van het Stedelijk Netwerk Randstad Holland. De identiteitsvraag is even van de agenda gehaald. We spreken elkaar nog.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten