Gazelle van de onvoorziene liefde
Niemand kon de kleur begrijpen van de duistere magnolia
van je buik.
Niemand wist dat je, uit liefde, tussen je tanden
een kolibrie folterde.
Duizend Perzische paarden sliepen op het plein met de
maan van je voorhoofd, terwijl ik vier nachten lang met mijn
hand je middel omklemde, vijandin van de sneeuw.
Tussen de gepleisterde muur en de jasmijnstruiken was je blik
een bleek boeket vol zaden.
Ik zocht, om ze aan jou te geven, diep in mijn hart
naar letters van ivoor, die zeggen altijd
altijd, altijd:
tuin van mijn doodsangst
je lichaam voor altijd op de vlucht
het bloed van jouw aderen in mijn mond,
je mond die nu mijn dood niet meer verlicht.
Federico Garcia Lorca
(vertaling uit het Spaans: Willem Minderhout en Sofia Velasco, 14-02-2004)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten