dinsdag 19 november 2013

De dag dat John Kennedy vermoord werd: herinnering van Rie Minderhout-Krook

Herinnering aan de moord op John Fitzgerald  Kennedy van mijn moeder, Rie Minderhout-Krook.

We waren een jong gezin en woonden in Middelburg. De moeder van mijn mijn echtgenoot woonde naast ons en mijn man was zeevarend dus niet vaak thuis.  Nu ging mijn zwager in Amsterdam trouwen op de 22te november 1963 en aangezien dat net op de dag was voordat mijn man weer op reis moest gingen hij en oma met vrienden van het bruidspaar naar Amsterdam om het huwelijk bij te wonen.  Zelf kon ik niet mee omdat ik enkele weken daarvoor bevallen was .  Vanwege de afstand bleef oma een nachtje over.  

Toen ze de 22ste ’s avonds thuis kwam  kreeg ik het verslag van het huwelijk en de groeten van mijn echtgenoot die vandaar op de boot gestapt was voor een lange reis naar de West.  Toen we uitgepraat waren en oma op weg naar bed ging zette ik nog even de radio aan en hoorde tot mijn verbijstering  het nieuws van de moord op Kennedy.  Ik liep haar achterna en samen hebben we de verslagen en commentaren aangehoord.  De volgende dag was het het middelpunt van de gesprekken, zoals dat wel overal geweest zal zijn.

Mijn oudste zoon Wim, toen 4 jaar, was erg geïnteresseerd in het verhaal en had allerlei vragen. “Gaat-ie nou  naar de hemel?  Komt onze Lieve Heer hem ’s nachts halen?  Is de man die schoot dezelfde als die  in ‘Wedstrijdstorie”?   (Westside Story was toen  “hot”)   Ach, het lijkt nog zo kort geleden maar hoeveel Wedstrijdstories  hebben er door de jaren heen helaas nog meer plaatsgevonden…

Tot zover mijn herinnering aan de moord op Kennedy.

 
Rie Minderhout-Krook


 

De dag dat John Kennedy vermoord werd: herinnering van Jan Willem Minderhout


Nu het bijna 50 jaar geleden is, denk ik terug aan die gedenkwaardige dag in de novembermaand van 1963. De dag dat president Kennedy van de Verenigde Staten vermoord werd en mijn broer in Amsterdam trouwde. De speling van het lot bepaalde dat dit op dezelfde dag plaats vond, de 22e. November. Herinnering aan 'The day John Kennedy died' van mijn vader.



Die dag in november vormde ook het eind van een korte verlof periode die ik, als scheepswerktuigkundige, kreeg vanwege de geboorte van mijn jongste zoon. Het huwelijk van mijn broer viel voor mij op een makkelijke dag omdat ik, vanuit Middelburg, via de waterschout in Amsterdam, waar ik moest aanmonsteren voor de Artemis van de KNSM, naar de bruiloft van mijn broer kon. Via de afdeling personeelszaken van de rederij werden de kapitein en de hoofdwerktuigkundige verteld dat ik kort voor het vertrek van het schip in dienst zou komen.

Vroeg in de ochtend vertrok ik van huis in Middelburg, door de vrieskou, om een vroege trein te nemen. Een voettocht van ongeveer twee kilometer, naar het station, met een zware koffer. Mijn moeder vertrok later met een vriend van mijn broer en zijn vrouw, een zakenman die toen al een auto had, naar Amsterdam.

De treinreis verliep vlot, het aanmonsteren ook. Aan boord gekomen zette ik met een zucht mijn koffer in mijn hut neer. Ik maakte kennis met de machinisten en de kapitein die me vertelde dat het schip diep in de nacht zou vertrekken. Als ik omstreeks elf uur in de avond aan boord kwam, zou dit ruim op tijd zijn.

Omdat het uur van vertrek zo laat viel verliet ik het schip met een prettig gevoel. Ik besloot me te trakteren op een taxiritje naar de plek waar het huwelijk gesloten zou worden. De rit ging van de Surinamekade naar de Prinsengracht waar het Amsterdamse stadhuis is. Ik was er ruim op tijd, de belangstellenden verzamelden zich maar het bruidspaar kwam niet op de tijd van de huwelijksvoltrekking. Na een poosje wachten vertelde een gemeentebode dat het huwelijk even uitgesteld was omdat de bruidegom, mijn broer dus, naar het ziekenhuis was gegaan. Dat even bleek een uurtje te zijn waarna een iets bleke bruidegom met aanhang alsnog verscheen. Wat was er gebeurd? Bij het ophangen van het laatste lijstje in zijn woning had hij het spijkertje, tijdens het in de muur slaan, los gelaten. Dit stukje metaal viel rechtstreeks door zijn geopende mond in zijn maag. Probeer het zelf maar. Als je op je tenen staand een spijkertje in de muur wilt slaan dan gaat je mond vanzelf open. Volgens de artsen zat het spijkertje op een goede plek zodat zijn huwelijk door kon gaan maar wel bijna zonder mij….

Ik zat voor de gelegenheid knap in het pak en had voor het eerst een broek aan met een gulp zonder knoopjes maar met een rits. Vanwege de lange wachttijd moest ik nog even naar het toilet. Ik trok toen ik klaar was, gebogen staand, in haast mijn rits op waardoor mijn overhemd klem raakte te zitten en ik niet meer rechtop kon staan. Na eerst zelf het probleem vergroot te hebben door aan de rits te snokken, merkte een vriendelijke toiletjuffrouw me op. Ze had alle begrip voor mijn probleem, uit ervaring denk ik, knielde voor me neer en zorgde ervoor dat ook ik als getuige op tijd aanwezig was.

Verder was het een gezellige dag met een goed diner waarbij het wat men nu noemt: "Prinsengrachtpubliek” ruimschoots aanwezig was. De bruid kwam uit een gegoede Amsterdamse familie! Zelfs "DE "Freddie Heineken was aanwezig. Freddie gaf aan het economisch nog zwakke bruidspaar een centimeters dikke vloerbedekking cadeau. Ik stelde me zo voor dat de rest van het op het Waterlooplein gekochte interieur hierop wel schamel zou afsteken.

Omstreeks half tien, in de avond, had de vriend van mijn broer zoveel gedronken dat hij onmogelijk nog naar Middelburg kon rijden en naar een hotel wou. Een van de aanwezigen, een theosoof, dus wel een beetje wereldvreemd, wist een hotelletje boven een friettent, in de buurt van de Achtergracht, waar altijd ruimte was. Omdat het ook voor mij tijd werd om naar boord te gaan liepen we samen, de zakenman met zijn vrouw, mijn moeder en ik van de feestzaal aan de Amstel naar het hotelletje.

De juffrouw achter de toonbank keek erg vreemd toen ik haar vroeg of er nog twee kamers vrij waren. Ze riep de baas er bij die op een aarzelende wijze bevestigde dat hij nog twee kamers beschikbaar had en vroeg of we hem wilden volgen. Via een draaitrap, met uitgesleten treden, kwamen we in een kamer waar we even moesten wachten totdat hij onze kamers in orde had gemaakt. Om de tijd te doden bestelden we nog maar een pilsje ofschoon we geen pils meer
konden zien. Plots stommelde een stel vanaf een hogere verdieping de trap af. De man keek zeer wazig en de vrouw dacht kennelijk aan haar volgende klant… We begrepen dat we op het verkeerde adres waren.

Ik ging vlug naar boven waar de eigenaar de kamer, die juist vrij gekomen was, in orde bracht. De man stond gebogen over het bed de lakens glad te strijken. Op een waskast met marmeren blad, stond een elektrische straalkachel gericht naar het bed. Zo´n verchroomde schijf die op een TV-schotel lijkt, een vergelijking die ik toen nog niet kon maken. Ik haalde de eigenaar uit zijn concentratie met de opmerking dat je op zijn kamers geen koude rug zou krijgen. Hij sprong op maar was kennelijk opgelucht toen ik hem zei dat zijn hotel niet het hotel was wat we wilden. Hij vertelde me vervolgens dat hij niet wist hoe hij ons had moeten uitleggen dat we op het verkeerde adres waren zo staande in de friettent.

Uiteindelijk zijn we op het Rembrandtplein gekomen waar mijn moeder en het echtpaar onderdak vonden in een normaal hotel. Ik nam vervolgens afscheid van hen. Toen ik aan boord kwam hoorde ik dat Kennedy vermoord was en gingen we op reis.

Ik weet, nog steeds, precies wat ik deed op die dag in november. De dag dat president Kennedy vermoord werd.


Jan Willem Minderhout