zaterdag 5 mei 2012

De Andere Ik (El Otro Yo)

De Andere Ik (El Otro Yo)

Gracias por el fuego

       
Hij was een gewone jongen: de knieën van zijn broeken waren versleten, hij las korte verhalen, hij smakte bij het eten, hij pulkte in zijn neus, snurkte tijdens zijn middagdutje, hij heette Armando en was in alles gewoon behalve in één ding: hij had Een Andere Ik.

De Andere Ik had een vleugje poëzie in zijn blik, werd op actrices verliefd, jokte voorzichtig, werd ontroerd door de schemering. De jongen zat nogal in zijn maag met zijn Andere Ik en geneerde zich voor hem in de aanwezigheid van zijn vrienden. Aan de andere kant was de Andere Ik melancholisch, waardoor Armand niet net zo vulgair kon zijn als hij wel had gewild.

Op een middag kwam Armand vermoeid thuis van zijn werk, trok zijn schoenen uit, bewoog langzaam zijn tenen en deed de radio aan. Op de radio klonk Mozart, maar de jongen viel in slaap. Toen hij wakker werd zat de Andere Ik te snikken. De jongen wist eerst niet wat hij er mee aan moest, maar hij vermande zich en begon de Andere Ik grondig uit te schelden. Deze zei niets, maar de volgende ochtend had hij zich van kant gemaakt.

In het begin was de dood van de Andere Ik een zware klap voor die arme Armando, maar hij dacht meteen dat hij nu wel naar hartelust vulgair kon zijn. Die gedachte troostte hem.

Hij had slechts vijf dagen rouw achter de rug toen hij naar buiten ging met de bedoeling zijn nieuwe en totale vulgariteit te vertonen. Hij zag zijn vrienden in de verte dichterbij komen. Dit vulde hem met geluk en hij begon onmiddellijk te schateren. Maar toen zij langs hem liepen merkten ze zijn aanwezigheid helemaal niet op. Nog erger, hij hoorde ze tegen elkaar zeggen: "Arme Armando, en maar denken dat hij er zo sterk en gezond uitzag".

Hij moest maar ophouden met lachen en voelde tegelijkertijd ter hoogte van zijn borstkas een benauwdheid die op heimwee leek. Maar echte melancholie kon hij niet meer voelen want die had de Andere Ik met zich meegenomen.


Mario Benedetti, vertaling uit het Spaans: Sofia Velasco en Willem
Minderhout, 26 november 2004

Geen opmerkingen:

Een reactie posten