De PvdA was jarenlang onder wat ik maar voor het gemak ‘het
allochtone electoraat’ zal noemen verreweg de meest populaire partij. Dat is
niet zo verbazingwekkend. Het behoort tot de sociaaldemocratische kernwaarden
van de PvdA om zich in te zetten voor de belangen van de minst bedeelden in de
samenleving, een categorie waarvan zeker de eerste generatie allochtonen grotendeels deel uitmaakte. Het was uitermate
rationeel dat allochtonen op de PvdA stemden, want als vrijwel geen andere
partij staat de PvdA borg voor grondrechten, een rechtvaardige
welvaartsverdeling, scholing en werk. Het is echter een denkfout om uit die
rationele keuze af te leiden dat dat allochtone electoraat overwegend
progressief zou denken. Veel allochtone PvdA-stemmers zouden, als ze
daadwerkelijk politiek actief zouden worden en die partijen er voor open zouden
staan, zich qua cultuur eerder thuis voelen bij partijen als CDA en SGP.
Tot de emancipatie van nieuwkomers in de Nederlandse
samenleving behoort ook het zich eigen maken en uitoefenen van politieke
rechten: gebruik maken van het stemrecht en ook zelf politiek actief worden.
Bij de PvdA wordt al jaren geprobeerd om de kieslijst zoveel mogelijk een
‘afspiegeling van de bevolking’ te laten zijn. Dit streven leidde regelmatig
tot een hogere waardering voor ‘wat’ iemand was in plaats van ‘wie’ iemand was
en wat hij of zij kon.
Het - op zich terechte - streven om ook ‘allochtonen’ als
kandidaat te rekruteren bleek niet alleen ‘politiek correct’, maar ook politiek
lucratief. Er werd massaal op de ‘allochtone’ kandidaten op PvdA-lijsten
gestemd vanuit de eigen etnische groep. Een ‘win-win-situatie’, leek het.
Helaas traden hierdoor wel wat perverse effecten op. Er werden kandidaten op
lijsten geplaatst die qua ideologische overtuiging niet bepaald
sociaaldemocratisch waren ingesteld en/of de meest basale kennis over de
werking van onze democratie misten. Als er enige twijfel was over de
capaciteiten van die kandidaten werden zij uit voorzorg door
kandidaatstellingscommissies onder aan de lijst geplaatst, maar zij werden vaak
toch met voorkeurstemmen gekozen. Dit werd door de partij overigens in de hand
gewerkt door tijdens campagnes bij moskeeën te gaan flyeren en ‘allochtone’
kandidaten toe te staan om met persoonlijke campagnes - vaak ondersteund met
propagandamateriaal in de taal van het land van herkomst - de eigen etnische
groep te bewerken.
Gelukkig zijn er ook een heleboel uiterst capabele
progressieve ‘allochtonen’, die in de PvdA hun draai gevonden hebben. De
voorbeelden zijn legio. Het is alleen een teken aan de wand dat geëmancipeerde allochtonen
de PvdA meer en meer de rug toe keren en hun stem uitbrengen op, of zich
verkiesbaar stellen voor partijen als VVD, D66 of SP. Enerzijds is het een
geruststellend teken van emancipatie dat de PvdA haar monopolie op ‘de
allochtone stem’ verliest, anderzijds is het jammer dat hierdoor juist veel
potentieel kader voor de PvdA – ‘moderne, seculiere en progressieve
allochtonen’ - verloren gaat.
Een
partij als de PvdA moet - binnen de kaders van de rechtsstaat - pal staan voor
de grondrechten van iedereen, hoe conservatief ook, maar dat wil niet zeggen
dat die conservatieven – zelfs niet als ze ‘allochtoon’ zijn - als
sociaaldemocratische volksvertegenwoordigers gerekruteerd moeten worden, want
dat zijn ze niet. Dat zal ongetwijfeld in eerste instantie stemmen kosten, maar
dat is niet erg. In tegendeel. Op de langere termijn win je er alleen maar mee.
Het vertrouwen van progressieve geëmancipeerde 'allochtonen' bijvoorbeeld.